Armoederisico voor 65-plussers opnieuw hoger dan voor andere leeftijdsgroepen

Armoederisico voor 65-plussers opnieuw hoger dan voor andere leeftijdsgroepen

Armoederisico voor 65-plussers opnieuw hoger dan voor andere leeftijdsgroepen

inkomen ouderen

16% van de Vlaamse 65-plussers leefde in 2020 in een huishouden met een inkomen onder de armoederisicodrempel. Dit percentage is, net zoals de voorbije jaren, hoger in vergelijking met de andere leeftijdsgroepen. Zo blijkt uit de laatste cijfers van Statistiek Vlaanderen.

Inkomen onder de armoededrempel

Iets minder dan 1 op de 10 inwoners van het Vlaamse Gewest leefde volgens de EU-SILC-enquête van 2020 in een huishouden met een huishoudinkomen onder de Belgische armoededrempel. Dat komt overeen met ongeveer 610.000 personen. Er wordt vanuit gegaan dat die huishoudens een verhoogd risico op armoede lopen.

Statistiek Vlaanderen berekende dat het inkomen van 16% van de 65-plussers in Vlaanderen onder die armoedegrens valt. Voor 2019 was dit nog 13%.

Afhankelijk van huishoudtype

Opgedeeld naar huishoudtype lag het armoederisico in 2020 het hoogst bij personen in eenoudergezinnen (21%). Ook bij eenpersoonshuishoudens (18%) en oudere koppels (15%) lag het armoederisico hoger dan gemiddeld (9%).

1 op 10 ouderen maakt gebruik van spaargeld om rond te komen

Uit de EU-SILC-cijfers voor België blijkt ook dat slechts 1 op 2 ouderen kan sparen en dat 1 op 10 ouderen gebruik moet maken van het spaargeld om rond te komen.

Ook heeft zo’n 10% van de 65-plussers – naast een eventuele woonlening – nog een of meerdere leningen lopen. 3,5% van de 75-plussers met een lening moest die lening aangaan voor gezondheidszorg. 24,6% van hen heeft die lening nodig om de dagelijkse uitgaven voor levensonderhoud te kunnen dekken.

Meer informatie

Op de website van Statistiek Vlaanderen kan je alle cijfers over het onderzoek raadplegen.