Er wordt, als er oppas nodig is voor de kinderen, vaak een beroep op grootouders gedaan. En dat geldt zeker in de perioden waarin kinderen veel vrije tijd hebben, zoals deze paasvakantie. Dan wordt graag de hulp van een opa of oma ingeschakeld, zegt Anneke Blanckaert van de Gezinsbond. "Die oppasrol vervullen grootouders graag, maar het moet niet te gek worden.
De opvang door grootouders steekt ver boven alle andere gebruikte vakantieopvang uit volgens de Gezinsbond, een vereniging die de belangen van gezinnen in ons land verdedigt. Meer dan 80% van de ondervraagden zegt in de vakantie een beroep op grootouders te doen. Dat tegenover de opvang door een babysit (11%), opvang bij vrienden of buren (2%) en oppas op het werk (4%).
Fantastisch, maar niet vanzelfsprekend
Voor vakantieopvang wordt dus graag een beroep op opa en/of oma gedaan. 7 op de 10 kinderen kan minstens één keer in de paas- of zomervakantie bij de grootouders terecht, blijkt uit het onderzoek van de Gezinsbond.
"Grootouders zijn dus voor veel gezinnen op dit moment een onmisbare schakel in de vakantiepuzzel. Ik maak zelf ook graag gebruik van de inzet van mijn schoonouders", zegt Anneke Blanckaert van de Gezinsbond. "De opa en oma van mijn kinderen helpen, zeker in de vakantiedagen, graag wanneer dat nodig is. Met opa ploeteren ze in de tuin, met oma knutselen ze aan tafel. De kinderen vinden dat fantastisch!"
Uit het onderzoek blijkt dat grootouders de oppasrol graag vervullen. "Maar in een tijd van langere en intensievere loopbanen is vakantieopvang van kleinkinderen door grootouders echter minder vanzelfsprekend."
Betere vakantieopvang nodig
"Grootouders zijn meer en meer zelf aan de slag en kunnen het ook niet altijd aan. Oppassen vergt veel tijd en energie en kan als intensief worden ervaren. Een groot deel van de gezinnen in Vlaanderen en Brussel zal dus echt baat hebben bij meer betaalbare vakantieopvang en uitgebreidere verlofregelingen."
Volgens Blanckaert is het belangrijk dat er meer in betere vakantieopvang wordt geïnvesteerd. Ook is er soms druk bij opa's en oma's om de zorg van kleinkinderen op zich te nemen, bijvoorbeeld in situaties waarin zij als ‘plan B’ fungeren.